Als je slim met je geld wilt omgaan, is het vermijden van festivals soms de enige optie. Zeker als je kijkt naar evenementen zoals Amsterdam Dance Event (ADE), waar ze precies weten hoe ze een flinke winst kunnen maken. Neem bijvoorbeeld No Art, een van de bekendere feestjes tijdens ADE, waar een simpele handeling zoals het opbergen van je jas je maar liefst €16 kost. Een flink bedrag voor een kluisje, zeker als je bedenkt dat ze een locatie vol met bezoekers hebben die allemaal hun spullen veilig willen opbergen. Het evenement zelf was fantastisch – de muziek was top, de drankjes goed en de lichtshow indrukwekkend – maar de prijzen voor de extra’s deden de feestvreugde toch wat temperen.
Voor ons was het extra zuur omdat we maar liefst drie kluisjes nodig hadden, wat het totaal op een pijnlijke €48 bracht. Dat voelt alsof je voor de kosten van de ervaring moet boeten, en dat is waar veel feestgangers tegenwoordig tegenaan lopen. Festivals en evenementen zoals ADE zijn niet alleen meer een plek om van muziek te genieten; het lijkt steeds meer een luxe-uitje te worden waar je flink voor in de buidel moet tasten.
De vraag is dan ook: waar gaat het heen met de prijzen voor dergelijke evenementen? Het lijkt erop dat de focus steeds meer verschuift naar winstmaximalisatie, terwijl de ervaring van de bezoekers ondergeschikt wordt aan de prijzen voor secundaire zaken. Natuurlijk, de sfeer en de muziek maken veel goed, maar als de kosten blijven stijgen, zullen steeds meer mensen ervoor kiezen om de dansvloer over te slaan.
Bij ADE draait alles om de muziek, maar het gevoel dat je zonder diepte in je portemonnee geen compleet feestje kunt hebben, blijft hangen. De vraag is hoe lang de gemiddelde festivalganger bereid is dit te accepteren. De toekomst van festivals lijkt even onzeker als duur.